Marion Bloem over Rogier Boon, Indisch ontwerper

In de boekenkrant Indisch Anders van voorjaar 2008 schreef Marion Bloem een recensie van Rogier Boon, Indisch ontwerper. Enige citaten daaruit:

“Als verzamelaar van boeken over kunstenaars heb ik dit boek, dat is samengesteld door Siem en Leslie Boon, de twee dochters van deze Indische kunstenaar, gretig opgepakt en grondig gelezen. Het komt niet alleen doordat het, dankzij de illustraties, aan mijn jeugd herinnert. Tong Tong, waarvan het uiterlijk geheel bepaald werd door Rogier Boon, was het meest en best gelezen blad dat door onze brievenbus naar binnengleed. [..]

Kunstenaar zijn in Nederland en tevens Indisch zijn en die Indische identiteit een rol laten spelen binnen je kunstenaarschap is anno 2008 al niet altijd even gemakkelijk, maar dat was zeker in de tijd dat Rogier Boon van de Rietveld Academie kwam en als illustrator ging werken bijna een onmogelijke opgave. Tussen de regels door geeft het boek iets aan van de strijd van Rogier om een Indische kunstenaar te zijn en te blijven. [..]

LP-hoes 'De Gordel van Smaragd' door Rogier BoonIemand als Rogier Boon, met een vader die als een van de weinigen van zijn tijd zich op creatieve wijze verzette tegen de assimilatiedwang, was behalve bewust Indisch ook een kind van zijn tijd. In zijn werk zie je de invloeden van internationale kunstbewegingen. Maar tegelijk herken je in alles wat hij doet, de Indische jongen die tussen twee culturen tracht zijn eigen vorm te vinden.

Het boek geeft je het gevoel dat je samen met zijn dochters in zijn vergeten kast ergens op een verlaten zolder mag snuffelen in alles wat de kunstenaar daar achterliet. Rogier’s plakboeken vertellen niet alleen iets over hemzelf, maar evenzeer over de Indo in de jaren na de Tweede Wereldoorlog. [..]

Omslag door Rogier Boon voor Tjoek van Vincent MahieuDe zorgvuldige wijze waarop Rogier Boon telkens weer tot een opmerkelijk omslag voor Tong Tong komt, waarin hij het oosten en het westen verenigt, de foto’s van hem in Indonesië als hij daar via een omweg belandt en zich daar zo thuis voelt dat hij er lange tijd blijft en met een Indonesische trouwt… Zijn briefwisselingen met zijn vader, zijn (tweede) terugkeer in Nederland, het land waarin hij dan nog minder goed kan aarden dan voorheen…. [..]

Alles in dit boek wijst op de pijn van de migrant die niet meer weet waar zijn thuis is. [..] Rogier Boon is echter niet alleen een migrant die overal en daardoor nergens meer thuis is, maar ook een kunstenaar die, in opdracht van zijn vader, tegen de stroom in, probeerde koste wat kost een Indisch kunstenaar te zijn in een land dat daar geen oog voor had. Indische mensen zouden, zo wordt vaak opgemerkt, geruisloos zijn opgegaan in de Nederlandse samenleving. Maar als het echt zo ‘gunstig’ is verlopen als Nederland wil geloven, dan zou iemand als Rogier Boon in onze samenleving ruimte hebben gekregen om zijn kunstenaarschap naar eigen inzicht te ontwikkelen en in de Nederlandse kunstgeschiedenis een plek hebben kunnen verwerven naast iemand als Lucebert en Armando. [..]”

Comments are closed.